Het boek “Seven and a Half Lessons About the Brain” van Lisa Feldman Barrett, Amerikaans neurowetenschapper, wordt op verschillende plekken aanbevolen — en dat is niet voor niets! Het geeft verrassende inzichten.

Enkele belangrijke punten uit het boek:

1. ‘Denken’ is niet de belangrijkste taak van je hersenen. In plaats daarvan doen ze non-stop voorspellingen over wat je gaat doen, hoeveel energie er nodig is voor die acties en stellen ze met het oog daarop een lichaamsbudget op.

2. De theorie van de driedelige hersenen (reptielenbrein / limbisch systeem / neocortex) is al sinds de jaren 90 door neurowetenschappers weerlegd. ‘Goed’ gedrag is niet het resultaat van de neocortex die een epische strijd wint van het emotionele limbische systeem. En de evolutie heeft de hersenen niet gelaagd zoals geologische lagen van gesteente. Andere dieren hebben namelijk ook een neocortex (hoewel veel kleiner). Wel duurt het ontwikkelingsproces van een menselijk brein (in vergelijking met andere zoogdieren) gewoon langer: langere productie = meer neuronen in dat gebied.

3. Je hersenen zijn een netwerk dat optimaal is bedraad, naar analogie van luchthavens en vliegroutes:
– niet alle luchthavens zijn met elkaar verbonden door een directe route (dat zou zeer inefficiënt zijn),
– sommige luchthavens zijn grote knooppunten (je gedachten en acties vliegen er vaak naartoe),
– de routes liggen niet vast, maar kunnen worden aangepast wanneer je je moet aanpassen aan nieuwe omstandigheden (leren, anders bewegen vanwege een blessure),
– één route kan verschillende functies hebben (geheugen, emotie, perceptie, pijn, besluitvorming, morele oordelen, taal, empathie)

4. De hersenen van baby’s zijn verbonden met de wereld om hen heen en ze hebben een rijke sociale wereld nodig om gezond, heel en veilig gehecht te groeien. Het is geen kwestie van aanleg versus opvoeding (nature vs nurture). De aard van onze hersenen is eerder zodanig dat ze opvoeding nodig hebben om hun potentieel te benutten.

5. Onze eerdere ervaringen verschaffen de hersenen informatie om voorspellingen te doen over de toekomst. Deze voorspellingen bereiden je voor voor bepaalde acties en niet voor andere. In het heetst van de strijd kan het moeilijk zijn om anders te handelen dan je hersenen voorspelden. Wat je wel kunt doen, is kiezen waaraan je je hersenen blootstelt (mensen die je ontmoet, content die je leest). Want dit zal de basis vormen voor de voorspellingen van morgen.

6. Onze woorden en acties hebben een directe invloed op de hartslag, het metabolisme en de stoffen in de bloedbaan van anderen. We beïnvloeden daarmee elkaars lichaamsbudgetten.

7. Hersenen creëren meer dan één soort geest. Een brein dat is ‘geprogrammeerd’ binnen de westerse wereld gaat waarschijnlijk naar een arts voor buikpijn en naar een psycholoog voor angst, ook al is de onderliggende klacht identiek. Een brein dat is ‘geprogrammeerd’ binnen de boeddhistische cultuur zal lichaam en geest waarschijnlijk niet als gescheiden zien.

8. Onze hersenen creëren de sociale realiteit (d.w.z. verhalen en concepten die op grote schaal worden geaccepteerd, zoals het concept van geld, de manier waarop we objecten benoemen, symbolen en tekens langs de weg, een concept als nationaliteit, enz.) Hoe dragen we bij aan de sociale realiteit? Door dingen te verzinnen zoals een traditie of een wet, en als andere mensen die als echt beschouwen, wordt het echt. Het brein verwart vervolgens de sociale realiteit met de fysieke realiteit.

Bovenstaande is een vrije vertaling naar Raul Mazilu’s Reviews.

De inzichten sluiten naadloos aan bij de ervaringsgerichte integratieve aanpak, waarin verandering wordt bewerkstelligt door bewuste of onbewuste ervaringen. Het boek benadrukt nog eens de enorme impact van de opvoeding en de cultuur waarin we opgroeien, en de bescheiden rol van ons denken binnen de functionaliteit van de hersenen. Het brein als netwerk van paden (in plaats van vliegtuigroutes) beschreef ik ook in het bericht ‘Olifantenpaadjes